'Ik heb vooral veel enthousiasme ervaren'
Samen met zijn collega Johan Ulenkate bracht Rick Hagelstein de afgelopen maanden twee – live –werkbezoeken aan zorgaanbieders die met KIK-V aan de slag zijn. Eerder al woonde hij een online werkbezoek bij. Rick is waarnemend manager Langdurige Zorg bij het ministerie van VWS. ‘Ik vind het belangrijk om de impact van het beleid in de praktijk te zien, er een beeld bij te hebben hoe het werkt.’
Kun je nog eens uitleggen hoe de relatie is tussen VWS en het KIK-V-programma?
‘Het programma Thuis in het verpleeghuis heeft als doel de verpleeghuiszorg “merkbaar en meetbaar” te verbeteren. Digitalisering bevorderen, dingen slimmer organiseren gaat daarin echt van betekenis zijn. Niet alleen om de administratieve lasten te verminderen en zo meer tijd aan zorg te kunnen besteden of het werkplezier van zorgmedewerkers te vergroten, maar ook om tot betere (kwaliteits)informatie te komen. In dat kader heeft het ministerie het Zorginstituut gevraagd: hoe kunnen we ervoor zorgen dat we over betere spiegelinformatie beschikken zonder dat dit de verpleeghuizen te veel tijd kost. Spiegelinformatie is belangrijk voor diverse partijen. Voor cliënten en hun naasten om beter zicht te krijgen op de kwaliteit en zo een beter onderbouwde keuze te kunnen maken, maar ook voor zorgverleners zelf, voor zorgkantoren en andere partijen, zoals de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ). Daarvoor heeft het Zorginstituut het KIK-V-programma opgesteld. Wij zijn opdrachtgever en financier ervan. We zijn tevens lid van de Ketenraad*.’
Hebben jullie nog een andere rol?
‘Ja, we zijn ook een – weliswaar kleine – afnemer van informatie van de verpleeghuizen. Dat gaat meestal getrapt: via het Zorginstituut wat betreft de Openbare Database (ODB) bijvoorbeeld. Intern zijn ook wij op het ministerie met elkaar in gesprek: hoe past onze informatiebehoefte binnen de afspraken die binnen KIK-V zijn gemaakt? Het gedachtegoed om conform de Afsprakenset van KIK-V te werken proberen we niet alleen binnen onze eigen directie, maar ook bij de andere directies te verspreiden. Het kan echter voorkomen dat de Kamer informatie opvraagt die via de gebruikelijke afspraken niet op tijd kan worden geleverd. Met dit soort uitzonderingen is in de Afsprakenset rekening gehouden.’
Hoe hebben jullie als opdrachtgever de vinger aan de pols van KIK-V gehouden?
‘Elke twee weken bespreken Johan en ik de voortgang met de projectleider van KIK-V, Yvette Trepels. Ongeveer elke twee maanden hebben we een ‘opdrachtgever-opdrachtnemer’-overleg. Als ministerie denken we ook mee over bepaalde vraagstukken. Een belangrijk aandachtspunt is bijvoorbeeld geweest: hoe kunnen we meer samenhang creëren tussen de verschillende programma’s op het gebied van gegevensuitwisseling. Zo hebben we aan KIK-V en InZicht* gevraagd om te kijken of en hoe deze programma’s elkaar kunnen versterken. Ons onderbuikgevoel zegt dat dit kan, maar het is goed om daar op een gestructureerde manier naar te kijken.’
Zijn er nog andere aspecten waar jullie als VWS een bijdrage aan kunnen leveren?
‘Andere belangrijke uitdaging is het opschalen van de implementatie: zorgen dat meer verpleeghuizen aan KIK-V gaan deelnemen. Dat doen wij onder meer door erover te communiceren, goede voorbeelden te delen en er steun voor uit te spreken.’
Jullie hebben drie werkbezoeken achter de rug . Welke indruk heb je gekregen?
‘Ik heb vooral veel enthousiasme ervaren. De betrokkenheid van zorgaanbieders is groot en mensen zijn blij met het programma. Het biedt meerwaarde, het helpt ze echt bij de opgaven waar ze mee bezig zijn. Dat vermoeden hadden we natuurlijk al, maar het is fijn om dat in de praktijk bevestigd te krijgen.’
Wat zag je nog meer?
‘In de praktijk zie je ook de dilemma’s. Bij Moriahoeve bijvoorbeeld werd nog eens duidelijk wat het van een kleine organisatie vraagt. Bij kleine zorgaanbieders pakt het programma anders uit dan bij de grotere. Zij hebben een andere bedrijfsvoering, andere expertise in huis. Het vergt bijvoorbeeld aanpassingen aan systemen die zij niet zelf in huis hebben. Het is daarom goed dat KIK-V ook oog heeft voor deze verschillen en daar in de aanpak rekening mee houdt.’
*De Ketenraad is het besturend orgaan van programma KIK-V.
*InZicht is het programma om veilige en eenduidige elektronische gegevensuitwisseling (e-overdracht) tussen cliënt en zorgprofessionals en zorgprofessionals onderling te versnellen.